dinsdag 16 juli 2013

De Waerelt volgens Bunter XXXVII




Hemerocallis fulva of doordeweeks Daglelie. Ooit door mij op een vochtige holle weg rond mijn dorp als een weggesmeten wortelkluit opgeraapt en in mijn voortuin geplant.  Ongeveer 15 jaar vielen elke zomer alle bloemknoppen verschrompeld en ziek af en dit jaar bloeit de daglelie eindelijk uitbundig. Hoera! Foto ARLETTE MULDER.
Hier staat Bunter in de keuken in vol bak-ornaat met een pasgebakken brood. Foto INE
 
Di is de Lilium martagon L., doordeweeks Alpenlelie, in mijn achtertuin, Eindelijk na misschien wel 20 jaar in bloei na een succesvolle actie tegen de vraatzucht van de larven van het Leliehaantje. De kelk van deze lelie wijst omlaag als en ouderwets lampekapje, terwijl de Daglelie de volle kelk van zijn prachtige bloem naar de hemel opent. Jammer genoeg is de oriëntatie van de foto niet correct. Hij moet een kwartslag naar rechts gedraaid worden, maar de uploadfunctie van blogspot wilde hem alleen zo doorgeven.  Foto BUNTER

.

Over brood, lembas

 en ook nog

leliebloemen



Boven en onder een knoeperd van een zuurdesembrood van ongeveer twee kilo. Elke week wordt er gebakken in huize BUNTER. Foto BUNTER.

Verdulleme, vandaag, woensdag 10 juli, zal het gaan lukken. Het is net elf uur geweest en er is niets meer, dat ik nog moet doen, voordat ik achter mijn platte typmachine, het toetsenbord van mijn woordpiano, mijn opgelapte laptop, mijn schootschieter kan zakken. Schoottop, wat een intens vrouwelijk woord. Alsof woorden uit mannen komen, zoals kleine baby’s op de juiste tijd uit hun moeder komen. Mijn woorden worden echt niet geboren, uitgeperst, ontwikkeld, naar buiten getrokken. Ze flitsen draadloos door mijn hoofd, vooral door het balkonnetje boven mijn ogen en dan vang ik ze door iets langzamer te rammelen op dit vakjesding dan te denken. Ik denk, dus ik tik. Stop, voor ik getikt raak.Hier wilde ik het helemaal niet over hebben. Hierboven staat: over brood en leliebloemen. Ga terug, Bunter, naar het grote pad, want je hoeft niet meer te stofzuigen, af te wassen, te wieden, de vaatwasser uit te ruimen, te stoffen, te mailen, te lezen, deeg te maken voor zuurdesembrood…
Jahaa, daar zijn we, al na 15 regels inleiding op deze maagdelijke, pristine woensdagzomerochtend met leeg hoofd, waarin mijn woordzaden vallen als in vette kruimelklei met een beetje zand en doodverteerd boomblad.
 Het moet over brood bakken gaan. Welnu, op zaterdag 28 juni 2008, nu alweer vijf jaar geleden, heb ik als een van mijn eerste blogstukken over mijn broodrecept annex -ritueel geschreven onder de titel ‘Mijn Lembas’ met een duidelijke verwijzing naar het Elfenbrood, bedacht door Tolkien in een van de delen van zijn ‘In de ban van de ring’. Een fantastisch lang verhaal met alle details erin. Zo heb ik het graag, ook het brood. Ik bak nog steeds zuurdesembrood, vooral op de dinsdagen, die op de weekkalender de naam BAKDAG krijgen in blokletters.
Daarvoor bakte ik ook al de nodige jaren brood. En nu ik komende St. Jacobusdag ( dit jaar is dat donderdag 25 juli) 65 jaar oud wordt en eindelijk officieel geen flikker, geen mallemoer, helemaal niks meer hoef te doen om toch elke maand genoeg (wat heet genoeg?) pegels te vangen om verantwoord en soms lekker te kunnen eten, leuke dingen te doen en reisjes te maken enz. enz. , heb ik besloten mijn zuurdezembrood niet meer ‘lembas’ te noemen, maar een nieuwe naam te geven: ‘zoerpanl’or’. Die ga ik niet uitleggen, hier. Een volgende keer aan de hand van de mij toegemailde opgetrokken wenkbrauwen, verbijsterde opmerkingen en andere andere reacties.
De ervaring van al die jaren bakken leert het volgende. En nu puntsgewijs, want lopende zinnen lopen altijd weg en alle kanten op in mijn dikke walenkop.
* Je kunt met veel minder ingrediënten toe. Mijn favoriete toevoegingen zijn nu: Serehpoeder, beetje sojasaus, kummelzaad en kurkdroge tijmblaadjes. Daszat (dat is meer dan genoeg).
* Giet vooral geen olijfolie of ander vettig spul in het deeg. Het slaat de acties van de wilde gisten etc hartstikke dood, lijkt het leven te verstikken. Je brood rijst dan als een baksteen soms zelfs als een badkamertegel. Dikke matses, dus.
* Geen sterke, Chinese thee als vocht gebruiken, gewoon lauw kraanwater. Zo blijft je beslag veel lichter en krijgt je volkorenbrood de tint van tarvo. En wie heeft daar nou niet heerlijke-jaren-vijftig herinneringen aan. Stop. Hier kom ik op terug. Niet nu.
* En tenslotte een fantastische bijdrage van mijn lieve schoondochter Verena, die mijn jongste zoon Pepijn gelukkig maakt en hij op zijn beurt haar. Ze liet me zien hoe ik simpel bakpapier als voering in de bakvorm kan leggen en aan de binnenkant lichtjes insmeren met boter. En dan geen zwartverbrande boter meer in de korst van je brood, mooie afgeronde randen en hoeken, geen harde korst en geen voortdurende aankoeking van je bakblik. 谢谢,多谢,Verena.
* Doe je voordeel met deze aangepaste tips, heelhollandbakkers en      -baksters.

En vanaf hier gaat het over mijn lelies, in mijn achter- en voortuin. Dit is mijn leliedagboek. Na ettelijke jaren knarsetandend het lelie afvreten door de larven van felrode leliehaantjes te hebben moeten aanzien, heb ik dit jaar die rotkevertjes tijdig kunnen wegvangen, plattrappen op de tegels en hun afgezette eitjes kapotwrijven aan de onderkant van het blad. Eindelijk ongestoorde groei en bloei. Op woensdag 28 juni, nota bene een koude dag met  regen en wnd, is de eerste L. martagon-bloem 's ochtends helemaal open. Mijn dag kan niet meer stuk.  

       
vrij 28 juni: bloem een. Foto BUNTER
Nog geen beweging aan de zevenknopstengel  za 29 juni. foto BUNTER
Op zaterdag 29 juni zijn de zeven knoppen aan de tweede bloeiende Alpenlelie tussen de Phlomisstengels nog allemaal stijfdicht. Ook hier weer een verkeerd gedraaide upload van Blogspot.
voorzichtig bloem twee in beeging op za 29 juni. Foto BUNTER
    
Maar op diezelfde dag is knop twee van de lelie onder de walnotenboom heel even open. Hieronder op zondag 30 juni is knop twee helemaal open.

 
Tweede bloem helemaal open op zondag 30 juni. Foto BUNTER
Stella helpt tegenlicht tegen te houden. we zien de tweede bloem in het hart. De stamper wijst al niet helemaal recht naar beneden, begin omhoog te krommen. Zo.30-06. Foto BUNTER


Bloem drie is klaar op woensdag 3 juli. Foto BUNTER
Woensdag 3 juli is de dag van de derde bloem onder de notenboom , terwijl de zevenknopper tussen de Phlomis een inhaalslag maakt. Twee knoppen open en een pigmentloze knop, een beetje..


 
Bloem drie helaas liggend. Foto BUNTER
Inhaalslag zevenknopper op woe 3 juli: twee knoppen open en een bleke knop op barsten. Nogmaals de nek een kwartslag draaien, sorry. Foto BUNTER.

Nog in het tweeknopsstadium, een met rijpe en een met onrijpe meeldraden. Foto BUNTER
Op de foto van de twee open knoppen hierboven is iets merkwaardigs te zien: de roze stamper tussen de oranje meeldraden begint langzaam omhoog te buigen tussen de meeldraden door. Als de vruchtdoos van een banaan, die aan de Musaboom ook aan een dikke stengel in trosverband naar beneden hangt en zich toch naar boven kromt. DAAROM ZIJN DE BANANEN KROM!! Aan het eind van die vruchtdoos zit ook een plakkerig stampervlak, het bij uitstek vrouwelijke element bij planten en bomen en struiken, van wezenlijk belang bij de zaadvorming. De oriëntatie is neerwaarts van zowel deze leliebloem als de bananentros, maar de inwerking van het licht is sterker. Een stamper als vrouwelijk deel in erectie zou ik zeggen, in menselijke termen. Zo flexibel is moeder natuur: alles ten dienste van de voortplanting en zaadvorming, want het gaat erom natuurlijk om stuifmeelkorrels op te vangen op die plakkerige stempel op de top van de stamper. Hoe dan ook. Hoe? nou zo! In deze vergelijkende optiek, op zoek naar homologe constructies in bloemplanten en zoogdieren is de juiste term voor sperma of mensmannelijk zaad natuurlijk STUIFMEEL. Mannen produceren stuifmeel. Het zaad is het beginnend leven na de vereniging van de genen van de vader en de moeder, het embryo.
 

The fourth of July: de leliebloeistengel is in volledige bloei. Allevier de knoppen open, van boven gezien, alle bloemen 'kijken' naar beneden, maar de stampers met stempel niet .Foto BUNTER





Vier juli: Alle bloemen open, behalve van de zevenknopper. Aan zijn stengel hebben zich twee knoppen niet ontwikkeld en zijn onvruchtbaar gebleken. Een is er afgevallen. Toch nog één bloem meer dan aan de andere stengel.  



4 juli: drie open knoppen, denk aan de kwartslag met excuses. Foto BUNTER
vrijdag 5 jul: vier open knoppen, waarvan een bleke,  twee nog dicht en een afgevallen. Alweer een liggende foto, kwartslag naar rechts svp. Foto BUNTER 

Eindstadium op donderdag 11juli: alle bloemblaadjes (24 stuks in totaal) afgevallen en de stampers met stempel nog op de zaaddoos en omhooggekruld na een kwartslag rechts Mijn lichte zomerbroek als achtergrond. Fotro BUNTER.  De zaaddozen zijn aangelegd en de stampers verdrogen langzaam, hoewel nog omhooggekromd. Dit is het voorlopige eindstadium van de bloem. "Hoe zeere vallen z'af, de zieke zomerblâren. Hoe zinken ze, altemaal, die eer zo groene (lees: paarsig) waren. te grondewaarts." Schrijft dichter Guido Gezelle  in oktober 1894. Hij heeft het over boombladeren in de herfst en houdt er een Wagneriaans stafrijm op 'z' als initiaal (sorry, beginletter) erop na. Heel mooi, vind ik en toepasselijk. Het is nu afwachten of ze zaaddozen gaan groeien. Of het stuifmeel bij de eicel geraakt is. Denkutwel, want daar was het toch allemaal om te doen.










Kijk toch eens hoe prachtig, deze daglelie: Helemaal omhooggericht naar de zon. Geen bangschijterig  lampekapje hier. Foto ARLETTE MULDER.
Daglelie en Alpenlelie. Wat een verschillende karakters. De een frank en vrij met bloemkelk, meeldraden en stamper, het gehele geslachtsapparaat open en bloot naar boven gericht voor maximale bestuiving. Een exhibitionist in optima forma, zou je in menselijke termen zeggen. Heel wat anders dan die verlegen, bescheten Alpenlelie. Alle bloemen als bange lampenkapjes naar beneden, terwijl alleen het stampertje stiekem omhoogkrult om toch te zorgen voor bevruchting, bestuiving..Desnoods zelfbestuiving. Wat kan het die verlegen muurbloem schelen.

Digitalis lutea, Geel Vingerhoedskruid door de week. Kleine bloemetjes, smal en eng en naar beneden hangend. Geen nood  De honingvoorraad is zo groot, dat zelfs dikke vette hommels naar binnen willen en desnoods hun lange tong gebruiken. Foto ARLETTE MULDER.
Nogmaals Daglelie, een regelrechte beauty, toch!!. Foto ARLETTE MULDER
Dit is de Zwarte Engbloem, Vincetoxicum nigrum, als toetje van al deze botanische beschouwingen. Foto BUNTER
Ik besluit met een plaatje van de Zwarte Engbloem, Vincetoxicum nigrum, ook in mijn achtertuin te vinden. In het botanische Latijn van de naam staat er letterlijk: overwinnaar van gif. Dus niet! Pas op, deze klimplant is giftig en vooral braakverwekkend. Alleen maar kijken naar dit veel te lichtgekleurde bloemetje, dat volgens Google-afbeeldingen veel donkerpaarser en zwarter moet zijn. Het lijkt wel een pïepklein lelietje. Helaas, maar vijf blaadjes en geen zestal, zoals bij veel lelies. De Engbloem is lid van de familie der maagdenpalm-achtigen. Maagdenpalm, maagdenpalm? Zou de Engbloem ook zo akelig stiekem en preuts zijn als de Alpenlelie? Nooit iets van gemerkt hoor!!

BUNTER  

zaterdag 13 juli 2013

Bunter in de tropen XVIII



Op de koffie in Panama bij Hans en Terry en de Ngöbe Bügle-Indianen

De koffieplantage in de
tropen: fascinerend




Kijk hem kijken, dit Indianenjongetje. Hij zegt met zijn ogen en zijn hele gezicht: wat moet ik op de arm bij die rare witte vent met zwarte koek op zijn hoofd? Gegeneerd, duidelijk. Foto BUNTER


Boquete, Panama, vrijdag 21-11-08, Hotel Fundadores, kamer 10, 21.15 uur.
  Om vijf voor acht zijn we vanochtend vanuit een kletsnat Bocas vertrokken met dezelfde boot Shana 1 en bootsman. De boot wordt nu beter beladen: onder elke bank bagage en niet alle zware joekelkoffers achterin. De zware mensen ook voorin en zo komt het dat de terugvaart een stuk rustiger is, omdat de boeg van Shana 1 veel dieper en vaster in het water ligt.
Boven en onder: het vertrek van het kletsnatte Bocas. Foto BUNTER

 De bootsman en zijn maatje hebben wat geleerd. De vaart blijft een half uur en wat zijn we blij onze Max Don José weer te zien en van die zoldergribus af te zijn. Ons ontbijt bestaat uit gisteravond gekochte koekjes en brownies. We hoeven ook geen taxi naar de steiger van de bagage. Het water slaat door en over de vertreksteiger in Bocas zo hard en lang heeft het geregend. In de bus en op weg de bergen van Panama in naar Boquete. Om 11.15 na een stop bij Las Cruzes voor een verlaat echt ontbijt (De Panamezen hebben warme ‘middag’ als ontbijt! Zelfs Chinees) begint het landschap op een nevelwoud te lijken. We rijden als het ware door wolken zo lijkt het. Bij Las Cruzes zitten zeer veel vliegen en bijen/wespen op de zoetigheden. We nemen koffie met fruitsalade en jello met yoghurt.
De gekantelde vrachtauto vanuit de berm. Foto BUNTER

En vanuit onze bus gezien. Foto BUNTER

 Dan stuiten we om ½ 12 op een ongeluk met een omgekantelde vrachtwagencombinatie met zeecontainer. Sjeng Daag en Nach is net bezig met een haak en een zware kabel de zaak weer overeind te trekken en we kunnen met onze bus niet onder de kabel door. Even vijftien minuten wachten. Iedereen mag uitstappen om de benen te strekken. Ik ontdek een grote sprinkhaan in de berm en zowaar Weegbree met een ander, puntiger soort blad. Twee miradores met een uitzicht op de Pacific Ocean liggen teveel in de wolken. Om 13.15 uur: aankomst in Boquete. Ondanks dat het een budgethotel is van 27,50 $ per nacht is de kamer heel behoorlijk. Je kunt ruim om het bed heenlopen, leuke gordijnen, goed licht, een muurkast en ook nachtkastjes. Ik vreesde ervoor, maar dit is tien keer beter dan die ‘vrome’ gribus van Don Chicho. We rommelen wat, pakken wat om en uit en gaan naar het tankstation voor een koeklunch. Ik heb een klein beetje diarree en besluit niets te eten. Om kwart voor drie gaan we naar een koffieplantage in de bergen bij Boquete in 2 percelen , groep je van 6 en de rest. Alleen Nizanne, Nicole en Nadine gaan niet mee.
Elio en zijn vrouw in de regen aan de koffiebonenpluk in Boquete, Panama. Foto BUNTER


Kijk, zo ziet een koffieplantage in de tropen eruit. Een forse bergwei met een soort rododendronstruiken met donkergroenglanzend blad. Koffie hoort echter thuis in de Galium of walstra-familie. Een trppische neef van Kleefkruid. Foto's BUNTER

  We bezoeken een koffieplantage van Arabicastruiken die geoogst (waarvan de bonen geoogst) worden door Indianen (echte!) van de Ngöbe Bügle-stammen, de inheemse en oorspronkelijke inwoners van Panama. Bij onze aankomst tussen de struiken plukken daar Elio en zijn vrouw, gehuld in plastic met een cape op het hoofd om de plastic omhulling vast te houden. Ik ga ze (hen) begroeten, terwijl de anderen enkel foto’s schieten, alsof het apen zijn.


Dit is planter Hans van der Vooren met martiale snor en een mooie hoed. Wie zijn vrouw is en of ze op de foto staat, weet ik niet.  Foto BUNTER
 Van de Nederlandse koffieplanter (sinds tien jaar in Panama) Hans van der Vooren en zijn vrouw Terry van der Vooren-Niekerk (30 jaar bij elkaar) krijgen we een prachtige uiteenzetting die ons in een paar uur van 3 tot ½ 6 helemaal in de koffiewereld introduceert. We horen van Arabica (uit Yemen en Ethiopië), van Robusta (uit Congo), van de hoogste kwaliteit koffie (Kotowa – Indiaans voor berg), van Specially Grade Koffie.
Dit is de Kotowa of bergkoffie, de hoogste kwaliteit. Foto BUNTER

 En van hoeveel verkeerde bonen erin mogen zitten (maximaal 5). Van de oude Jacob Boot uit Baarn, onderbuurman van achternicht/neef Marjan en Gerard, allebei zaliger gedachtenis, die zijn koffie uit Panama betrok/betrekt. We zien hoeveel machines eraan te pas komen om simpel twee zaden uit een besje te halen, van de vliesjes te ontdoen, te drogen en vooral te selecteren. Het is een wonder dat goede koffie bij ons nog zo goedkoop is. De ‘koffiefabriek’is niet van Van der Vooren, maar hij is er goed in thuis. Er komt zelfs een fermentatie aan te pas om het eerste vruchtvliesje van de bonen af te krijgen, net als bij cacao-zaden. We leren dat de lichtst geroosterde koffie het pittigste is, omdat medium en dark roast alle smaakjes van fruit, noten, caramel en chocolade uit de bonen verdrijft.
Koffiereclame in Panama, de oorsprong van ons bakkie leut. Foto BUNTER
Indiaan Norberto is de roosteraar met net zo’n apparaat als Blanche Dael in Maastricht aan de Wolfstraat in de etalage heeft staan. We zien ook een geheel in hout en met drijfriemen uitgeruste koffiefabriek, gebouwd in 1920 in Aberdeen, van de zoon of kleinzoon van Ricardo Koyner (oorspr. Kooyker) (burgemeester van Vancouver (Can.) en parl. Lid, die in 1920 koffieplanter werd in Panama). 
Planter Hans draait de kraan open en de hele fabriek draait op waterkracht. Foto BUNTER

Het is de grote wens van Hans van der Vooren. na de uitgebreide koffieslurptest met drie soorten roast (light, med., dark) dat wij, terug in Nederland, telkens bij bv Simon Levelt binnenstappen en om Panamese koffie vragen. Een geweldig onderhoudend verhaal. Het zielstuk van de oude Schotse koffiefabriek is een betonnen constructie waardoorheen een waterstroom loopt die een lepelrad in beweging brengt plus de nodige drijfriemen. De hele kermis draait door het opendraaien van een kraan! Het was verbijsterend te zien hoeveel werk er komt kijken bij het eigenlijk gewoon pellen en drogen van koffiezaden.
  We maken intussen kennis met Indiaanse vrouwen en hun vele prachtige kinderen en baby’tjes.
Een vrolijk en onverlegen Panamees Indianenmeisje, dat haar mooiste jurk laat zien. Foto BUNTER
Haar broertje is wel verlegen. Foto BUNTER

 Ze wonen in een soort onderkamers op het terrein en er is een school voor de kids. Maria mag armbandjes verkopen.
Dit is Maria met armbandjes. Foto BUNTER



 We nemen er 2 en een pak light roast bonen voor 6.25$. 22.10 uur. Amen en welterusten. Hopelijk slapen we: in de kelder van Fundadores bonkt een disco. Hopelijk snel Schluss. Het weer was vandaag regenachtig, geen echte harde regen.
BUNTER