maandag 23 juni 2008

Vleugelnoten

Ach, heden. Als vleugelnoten zijn ze alledrie door stormen van mij weggeblazen. Tollend met hun dwaze vleugeltjes zijn ze in plaatselijke modderpoeltjes in Leiden, Deventer en Saarbruecken geplonsd en hebben zich daar met hun wilde worteltjes in de bodem vastgezet. Zover van het stamland in het diepe zuiden van deze, onze achterlijke bak vol zand, rivierklei, dakpanmodder en rottend veen, hoog en laag. Het stamland, waar de oude knerpende vleugelnoot weliswaar een zeer vertakte kroon erop nahoudt en hele bundels waterloten aan zijn stam koestert, die hij vrienden en vriendinnen mag noemen. En hoe knettert het nog in zijn kroon van synaps tot synaps. Erger nog dan in de tijd toen Oude Vleugelnoot een buntertje of pienie van zijn moedertje was of toen hij nog dagelijks medeleerlingen, medestudenten en collega's om zich heen had om zijn petites histoires gniffelend of met vertoon van onrechtmatig aplomb aan te slijten. Zo erg toen dat menig goedwillende hem adviseerde een boek te gaan schrijven met als titel: Alles wat je vooral niet wilt weten van Laur.
Zie, dit is een tussenvorm. Een digipijp, een elektronisch rietveld vol kuilen zoals in de tijd van koning Midas met de geheime ezelsoren, een hol vat, waarin ik op zijn minst wekelijks mijn brein kan legen. Ik hoop jullie allemaal, kinders voorop, en iedereen die van mij de sleutel tot dit breinig domein krijgt, van heel ver te horen lachen, te zien glimlachen, hoofdschudden voor mijn part, te horen sissen en af en toe zelfs te horen schateren om mijn zelfgekozen domheid, onnozele praat, spitse invallen, boertigheden, weetjes en wat al niet meer.
Twee dingen dus, zoals ook de titel van mijn blog aangeeft: hoe lang en hoe ver. Hoe lang zal die gedachtenstroom doorgaan, hoe lang spin ik aan mijn verlangen te communiceren zoals de vleugelnoot telkens weer nieuwe twijgjes in zijn kroon breit? En hoever is iedereen van mijn vertrokken, die ik dagelijks door de haren placht te woelen, goedmoedig toe te spreken en slachtoffer van mijn invalletjes te maken? Vergeef deze arme, oude man zijn misschien laatste bokkensprongen, maar blijf ook lachen: xiao(4), xiao(4), zeggen de miljarden Chinezen, waarbij ze de x als een dikke s uitsprken en de ao als au.
Zo, de aftrap van mijn bunterblog zit erop. Ik zal nu per e-mail de leesplaatsjes gaan vergeven, kinders voorop.
Jazeker, het heeft opgelucht en het ging niet over voetbal. Over Vleugelnoten, bomen, die overal in Nederland door benepen gemeentetuiniers worden gekoeieneerd, gesnoeid, gekapt, gerooid, gedund en anderszins gemarteld, omdat ze zo heerlijk uitbundig groeien. Hoevaak heb ik me niet zelf zo gevoeld: afgeremd, gekleineerd, gepiepeld, besmuikt uitgelachen. Niet hier in dit verdomde teksthokje. Het wordt zo lang als het wordt, kuttenkoppen van zestig jaren! Zo: Die zit. Tot weer eens wat is! En es ut is, taan belste mèr!

1 opmerking:

Unknown zei

mijn dagelijkse overstap in arnhem is weer gemaakt. de bruggen over rijn, waal en maas wachten nog op mij. vier en zestig jaar geleden in omgekeerde richting, nog een oversteek te veel en een winter langer ellende. na vijfhonderd maal twee succesvolle crossings, zal ik vanaf oktober alleen nog twentse stroompjes oversteken . zo, een kleine synaptische knettering van deze vleugelnoot. de typo heb ik nog niet kunnen vinden. gisteren werd ik door stella tot aandacht gemaand, nu door haar afbeelding op mijn laptop. tot morgen, wanneer jullie de rivieren weer zullenw bedwingen. liefs, jeroen