WINTERKLAAR
In
Geleen, dat is hier vlakbij, zijn in de Meeuwenlaan, aan een kant van de straat
naar schatting tien tot vijftien volwassen, volgroeide lindebomen omgezaagd
zomaar in de week van de herfstvakantie. Naar verluidt omdat in de Meeuwenlaan
veel mensen klaagden over overlast van de lindebomen. Nu hoop ik, dat de
gemeente nieuwe bomen zal planten ter vervanging van de gevallenen.
Nu
kun je inderdaad overlast hebben van lindebomen, vooral als je een koekblikje
op wielen elke dag voor je deur parkeert. Lindebomen trekken bladluizen aan,
die door mieren met strelende pootjes gemolken worden, omdat ze zoete vloeistof
afscheiden. Die vloeistof is een plakkerig goedje, dat onze Oosterburen
“Waldhonig’ noemen. In Nederland heet dat ‘overlast’, want kennelijk vindt
niemand het leuk in een plakkerig koekblik rond te rijden, terwijl het
eenvoudig te voorkomen is door het blikje na het parkeren af te dekken met een
mooie kunststof-pyama.
Luchtreinigers
De Geleense ‘meeuwen’ hebben zichzelf door hierover te klagen beroofd van een groot aantal prima
luchtreinigers in de straat. Grote bomen geven niet alleen schaduw op smoorhete
dagen; ze filteren ook het fijnstof uit de lucht, wat op de lange duur
longaandoeningen voorkomt en bovendien brengen bomen zuurstof in de lucht
overdag en vangen kooldioxide af. Zonder licht is dat proces omgekeerd, maar
per saldo wint de lichtreactie het veruit van de zogeheten donkerreactie. Door
bomen om te (laten) zagen draag je eigenlijk dus rechtstreeks bij aan het
klimaatprobleem, omdat je namelijk de kooldioxide-opvangfunctie van het
bladgroen beperkt. Maar dat is op het grote geheel van alle bomen op de wereld
zo minimaal, dat het negatieve effect nauwelijks merkbaar is, hoor ik van
deskundige zijde. .
Herfstblaadjes
Nou hoop ik dat de bewoners van de
Meeuwenlaan niet geklaagd hebben over het vallen van de herfstblaadjes van de
lindebomen, want dat is echt om ‘razend’ van te worden. Bladval in de herfst is
de normaalste zaak van de wereld en draagt – weliswaar miniem – bij aan het
groter worden van de aarde en bovendien aan de verbetering van de bodem en de
bevordering van de landbouw. Dood blad is zeer goed voor de structuur van de
bodem en voegt meststoffen toe. Klaag dus nooit over vallende blaadjes, waar ik
bij ben!! Zo zag ik vanochtend een oudere man – echt waar! – zijn voortuin
bladzuigen met een enorm groot zuigapparaat, voorzien van een opgeblazen
zuigzak. Het moet toch niet gekker worden met het afgevallen-blad-trauma, dacht
ik en ik heb als voorbijganger enkele opmerkingen aan de tuinzuiger doen
toekomen over het gewoon laten liggen van dood blad als winterdek voor zoveel
dieren en diertjes. Daar keek de zuiger van op, maar ging onverdroten verder
met zijn loeiende hobby.
Daglicht
Sowieso wordt in het najaar meer over
onzinnige dingen geklaagd dan in de zonnige zomer. Door gebrek aan daglicht
verandert de hormoonspiegel van alle mensen en er zijn er die zich daardoor
neerslachtig voelen en weinig energie hebben. De beste remedie is veel wandelen
in de open lucht bij daglicht en proberen veel licht in de kijkertjes te
vangen. En dat kost niks. Er zit geen premie en geen eigen risico op.
“Ich glaube daß die
Künstler oft nicht wissen, was sie am besten können, weil sie zu eitel sind und
ihren Sinn auf etwas Stolzeres gerichtet
haben, als diesen kleinen Pflanzen zu sein scheinen, welche neu, seltsam
und schön in wirklicher Volkommenheit auf ihren Boden zu wachsen vermögen.”
Dat
schrijft de Duitse filosoof Friedrich Nietzsche in zijn boek “Die Fröhliche
Wissenschaft” (1882), tweede boek, hoofdstukje 87 dat “Von der Eitelkeit der
Künstler” heet. Het is de aanhef van een korte neergeschreven overweging van
Nietzsche over zangers, musici en soms
ook wel schilders en beeldhouwers, kortom kunstzinnige mensen, die overdrijven,
die geen genoegen nemen met datgene wat ze het beste kunnen, maar steeds hoger en
hoger willen reiken tot een soort volkomenheid die uiteindelijk de toehoorder
of kijker niet overtuigt en doet zwelgen in lelijkheid. Schoenmaker, hou je bij
je leest of Age quod agis (als je iets doet doe het dan goed) lijkt Nietzsche
te bedoelen en dat is natuurlijk opmerkelijk voor een man die als filosoof zijn
hele wereld en die van anderen op zijn kop probeerde te zetten met een
stortvloed van woeste gedachten. Dit is een stukje Nietzsche- tekst, waarin hij
als ‘Filosof mit dem Hammer’ tot bezinning lijkt te zijn gekomen en zichzelf
lijkt toe te spreken via ‘Künstler’ om niet zo overdreven en ambitieus te doen
te schrijven, maar het eenvoudige te omarrnen en dat vooral goed te doen.
Genieten
Welnu, onder dat gesternte, om het zo maar
eens plechtig uit te drukken, staat de rest van mijn
anti-winterdepressie-handleiding die nu volgt. Daarom, begin met het genieten
van vallend blad en de herfstkleuren en concentreer je gedachten op de
bladknoppen die wel nog aan de takken zitten en waarin in miniatuur al bladeren
en bloesempjes zitten , die uitbotten en openbloeien zodra de temperatuur en de
hoeveelheid licht in 2018 dat toelaten. Laat het dode blad vooral in je tuin
liggen en ga niet lopen te blazen of zuigen met die lawaaiparaten of als een
ouwe heks met een riek of een bezem rond te rennen. Dood blad betekent leven
voor egels, leuke muisjes, poppen van prachtige vlinders, zeldzame insekten.
Duidelijker: blijf nou eens eindelijk met je fikken van dood blad af. Dat geld
ook voor dode stengels van zonnebloemen, kogeldistels, stokrozen, karmozijnbessen,
lupines enz. Je tuin hoeft NIET WINTERKLAAR gemaakt te worden door alles uit te trekken en
plat te stampen en af te voeren. De tuin is zo klaar als de natuur hem maakt en
ga me niet vertellen dat het zo slordig uitziet. Je bent zelf uiterst slordig
tussen je oren als je dat denkt, want in al dat dode materiaal is het
mini-leven van 2018, vanaf maart ongeveer,
gevlucht in winterslaap. Wantsen, kevertjes, bijtjes, eitjes en noem
maar op. Laat het leven met rust!! Er zijn zelfs mensen, zag ik weer in mijn
eigen dorp, die in het najaar hun hele voortuin gewoon omspitten en de hele
winter door naar de leemkluiten kijken. Onbegrijpelijk!!
Lentebodes
Om mijn punt nog duidelijker te maken volgend
hier een aantal foto’s van het ontluikende voorjaar 2017 in de mijn stulpje
omringende tuinen. Kijk toe en ga, zodra het weer en je stemming het toelaat op
zoek naar dit soort LENTEBODES in de natuur. Zwellende knoppen aan boomtakken,
zaadlobben van ontkiemend kruidzaad tussen stoeptegels en in de bermen of in de
voortuinen van je buren. Als het mij een vreugdekik geeft, dan jou zeker, toch?
We
beginnen met het kerstgevoel en proberen dat tot in maart vast te houden. Dan neemt
het lentegevoel het over en wel hierdoor:
Mijn
eerste lenteliefjes zijn de WINTERACONIETJES, Eranthis hiemalis op z’n zondags.
Eerst, eind januari, hier en daar een felgeel sterretje, tussen de
sloridigheden(!!), maar dan aaneengesloten plukken en later hele velden. Het
leven komt terug: het is begonnen. Al staat er geen DiepFries op de schaats ik
roep blij in mijn tuintje: It sel heve; it jiet aon!”
|
Hier zijn de allereerste Winteraconietjes van 2017 Foto BUNTER |
|
Er komen er steeds meer! FOTO BUNTER |
|
NOG MEER !! In het winterzonnetje gaan ze open als sterretjes FOTO BUNTER |
Tegen
die tijd loop ik op mijn filosofentrippel van elke dag bijna een uurtje naar de
randen van het dorp om de westelijke horizon te zien, waarachter de avondzon
ondergaat. Is het punt van ondergang al een beetje van zuid naar noord
opgeschoven en hoe zit het met de tijd? Een belangrijk richtsnoer in koude,
donkere tijden. Verheug je, nog eens: verheug je met een zomerzuchtige blik in
je ogen.
|
Schuift de zonson dergang al langzam naar het noordwesten aan de rand van het dorp? FOTO BUNTER |
|
Een zomerzuchtige blik in februari 2017 FOTO BUNTER |
Er
kan nog SNEEUW vallen en ook even blijven liggen, maar dat is niet meer dan de
bodem van een versleten onderbroek. De natuur laat een warme scheet en weg is
de witte pracht.
|
Brrrrr sneeuw. FOTO BUNTER |
Daar
zijn de eerste CROCUSSEN. De Boerencrocus, die al 40 jaar iedere lente –Nietzsche schrijft
natuurlijk “holder Lenz” – in mijn tuin wonen en bloeien. En direct daarna de
Mariablauwe SNEEUWROEM, de ijspijzel onder de Hyacintjes, die lacht om graden
vorst en sneeuw.
|
Fier uit de ijskoude grond en al bijna op kleur, een Boerencrocus. Begeleid door de bladpunt van een narcis en eeen toef Kaasjeskruid. FOTO BUNTER |
|
Eén Crocus? Wie een loep neemt voor dit zoekplaatje ziet er twee, de tweede op vijf over twaalf vanuit de eerste. FOTO BUNTER. |
|
Piepkleine Hyacintjes, zo zien mijn Sneeuwroemen eruit. FOTO BUNTER
|
De
volgende botanische ballerina’s met mooie relatief lange groene benen zijn de
DWERGNARCISJES, ontdekt in Texel in een bollenschuur tijdens een korte vakantie
ooit, en de sleutelbloemen, de gulden sleutelbloemen om precies te zijn:
Primula veris, de ware bloem die altijd mee van de eersten is in het vroegjaar,
excuses voor dit uitbundig germanisme.
De P. veris komt van winterkiemend zaad uit de Jac. P. Thijsse-tuin, als
ik me goed herinner, bij het Natuurhistorisch Museum aan de Heksenhoek in
Maastricht, toen je daar nog voor een habbekrats zaden van de kostelijkste
gewassen kon bestellen. Das war einmal, hoffentlich kommt es wieder.
|
Dwergnarcisjes kopje aam kopje FOTO BUNTER |
|
Primula veris, gulden sleutelbloem, winterkiemer. FOTO BUNTER |
We
kijken eind maart, begin april schuin omhoog en zien aan de muur van onze bescheiden
uitbouw de metselbijenherberg, vermomd als vogelhuisje. Er zijn al enkele
gaatjes dichtgesmeerd met leem en dat betekent dat het bacchanaal der bijen
weer losbarst. De dames van deze solitaire bijensoort, die vroege bloemetjes
bestuift en zo aan nageslacht helpt, inspecteren de gaatjes, terwijl de
heertjes woest bezig zijn met pogingen om het vrouwvolk zo goed mogelijk te
insemineren, zodat ze in hun herberggangetjes vruchtbare eitjes kunnen leggen
in hun celletjes van leem.” Me Too”, hoor je daarbij niemand zoemen. In die
tijd bevroren de eerste uitlopers van mijn Chinese hemelboom (vooruit dan:
Koehlreuteria paniculata) tijdens een nachtvorstnacht eind april met
temperaturen tot min tien in de vroege ochtend. Een zielig gezicht, maar een
paar weken later waren de reserveknoppen van deze boom al ontloken. Dankzij de
nachtvorst heeft mijn K. paniculata de afgelopen zomer rijk gebloeid met veel
meer felgele bloemaren dan andere jaren.
|
Nachtvorst doet Hemelboom verschrompelen. FOTO BUNTER |
|
De Hemelboom loopt gewoon weer uit. FOT BUNTER |
|
Overal uitloop tussen het doodgevroren blad. FOTO BUNTER |
En
tenslotte het allermooiste hoogtepunt van elke lente in mijn tuin. De plotseling
verschijning van de Holwortels, pardon Corydales (plur.) cavae. Deze
papaverneef is dol op de Limburgse löss in mijn tuin en heeft zich via zaad met
een mierenbroodje eraan (Ja, Google maar!) verspreid door grote delen van mijn
tuin vanuit een enkel plant, waarvan de bol door de firma van Tubergen in Lisse
omstreeks 1977 geleverd is. De plant groeit vanuit een soort holle
walnootvormige ondergrondse bol. En steekje nu per abuis op een onverwachte
plek zo’n holbolletje met je platte bats doormidden of misschien in kwarten.
Geen nood want elk part van de bol kan weer een bloeiende plant naar het licht
duwen en op zichzelf verder groeien. Hoera, dat is pas leven. Stel je toch eens
voor dat dat ook op een kerkhof kan en hoe dat dan verder gaat. NEE, doe maar niet! Kijk liever naar de toegift: Donkerrode botanische tulpjes, de eerste Dasloken en nog veel meer. De nectarinebloesem staat in mijn tuin, omdat ik ooit in een dikke, rijpe nectarine vol sap de keiharde pit vond, waarvan de twee helften waren verschoven en waaruit al de uitloper van een worteltje tevoorschijn kwam. Ik heb het kiemende zaad onmiddellijk in een pot geplant en na de vorming van voldoende blad in de tuin geplant. Een winter is het boompje al doorgekomen.
BUNTER
|
Ik stel u voor aan de Holwortel, die qua habitus niet voor een inlands orchideetje onderdoet. Foto John Breugelmans/ Internet. |
|
Zo staat Holwortel in mijn tuin, beschenen door een vroeg lentezonnetje FOTO BUNTER |
|
En de Holworteltjes zijn met velen. Foto BUNTER |
|
Zelfs de mediterrane Laurier is onbevroren uitgelopen. FOTO BUNTER |
|
Een botanisch tulpje, nog dicht van de kou. FOTO BUNTER |
|
Bloesem van een nectarine: goddelijk roze. FOTO BUNTER |
|
De zon schijnt: tulpje gaat voorzichtig open. FOTO BUNTER |
|
Daslook is ook van de partij. De tuin ruikt naar Franse uien. FOTO BUNTER |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten